Elke wijk heeft wel een aantal mensen die een trekkersrol hebben. Iemand die iedereen kent, die veel weet over de wijk en die weet waar je terechtkunt met je vragen. Sinead Power is zo'n sleutelfiguur in de Schorsmolen en sinds het begin nauw betrokken bij Verbeter Breda. Het leek haar goed om met sleutelfiguren van verschillende wijken bij elkaar te komen: “We kunnen van elkaar leren.”
“Natuurlijk komen we elkaar in het Programma Verbeter Breda wel eens tegen,” vertelt Sinead Power, “bijvoorbeeld bij de gepreksplatforms. Dus je weet wel wat er speelt in elkaars wijk. Maar we hadden nog weinig direct contact met elkaar. Terwijl we volgens mij kunnen leren van elkaars ervaringen. In Breda Noord hoorde ik bijvoorbeeld een tijdje terug dat ze een afvalclubje hadden waar ze samen met jongeren door de wijk liepen om afval te ruimen. Ik wil wel weten hoe je zoiets aanpakt.”
Taaie kwesties
Tijdens de eerste bijeenkomst moest echter eerst het hart worden gelucht. Kwartiermaker van Verbeter Breda Debby den Heijer was erbij: “Mensen zijn het praten beu. Ze willen actie. Tegelijkertijd wil iedereen toch kwijt wat hen bezighoudt.” En daarin bleken veel overeenkomsten. Het afval dat zo maar wordt bijgeplaatst bij afvalcontainers is bijvoorbeeld een doorn in het oog van velen.
Debby: “Voor veel kwesties die bewoners agenderen is geen ‘quick fix’. Een oplossing is er niet zomaar. De sleutelfiguren willen best wel hun rol hierin willen nemen, maar ze hebben hulp van instituties nodig. En een hele lange adem.”
Passie
Debby is wel blij dat erover gesproken wordt: “Ook al kan zo'n gesprek heftig zijn: het is ook de passie die spreekt, de betrokkenheid. De kunst is om die betrokkenheid te koppelen aan een concreet doel. Ik denk dat we klein moeten beginnen: 1 onderwerp kiezen en daar dan vol voor gaan. Samen met bewoners en professionals. En dan vooral dóen wat je met elkaar afspreekt.”
Als het aan Sinead ligt, komen de sleutelfiguren in de nabije toekomst vaker bij elkaar: “Ik zie er echt de meerwaarde van. Maar de winst komt pas als we elkaar beter leren kennen en zo van elkaar kunnen leren. Dit kan als we elkaar vaker spreken en elkaar structureel wat vaker zouden zien. En wat mij betreft kan dat.”